Mina geldt als de belangrijkste en bestverkochte Italiaanse zangeres aller tijden. Ze werd geboren in 1940 en groeide op in Cremona. Als Baby Gate zong ze eind jaren ’50 rock-‘n-roll-liedjes in diverse tijdelijke bandjes. Ze werd ontdekt en kreeg een platencontract. In 1960 scoorde ze met ‘Tintarella di luna’ haar eerste van vele grote nummer 1-hits. Ze kreeg de bijnaam ‘Tijgerin van Cremona’ omwille van haar wilde zangbewegingen, tot dan ongezien voor een Italiaanse zangeres. Het nummer werd ook een klein hitje in Frankrijk en België.  Meteen nam ze in 1960 en 1961 deel aan San Remo. Ze eindigde niet in de top 3 en dat was vooral in 1961 een teleurstelling, omdat ze toen op voorhand tot de grote favoriet was gebombardeerd. Daarna nam ze nooit nog deel aan het festival. 

Ondertussen bood de tekstschrijver Mogol haar in 1960 een nummer van zijn dan nog onbekende vriend Gino Paoli aan. Het nummer transformeerde haar van ‘rock-‘n-roll-schreeuwertje’ in een zangeres, waarvoor de belangrijkste muziekschrijvers vanaf dan in de rij zouden staan. ‘Il cielo in una stanza’ stond een half jaar in de hitparade en werd de grootste hit van 1960. Het is ook nog steeds een van de 10 grootste hits aller tijden in Italië en werd als ‘Le ciel dans une chambre’ mooi gecoverd door Carla Bruni. In 1962 scoorde ze een nummer 1-hit in Nederland en Duitsland met ‘Heisser Sand’, een liedje dat ze nooit in het Italiaans zong. In Duitsland volgden daarna nog een vijftal Duitse hits. 

Gedurende de jaren ’60 en het begin van de jaren ’70 had ze met haar eigen tv-shows ook een uitgebreide tv-carrière. Die kwam in 1963 even tot stilstand, toen het schandaal uitbrak dat ze een kind had gekregen van de acteur Corrado Pani, die echter toen nog met iemand anders was getrouwd. Ze werd in het dan nog zeer conservatieve Italië van het scherm geweerd, al had dat helemaal geen effect op haar nog steeds indrukwekkende platenverkoop. Ze bleef de hits aan elkaar rijgen en de RAI moest uiteindelijk inbinden. 

…met haar vrijgevochten imago was ze in die tijd een pionier voor de emancipatie van de vrouw…

Tijdens haar optredens beklemtoonde ze haar sexappeal met geverfde blonde haren, veel schmink, geschoren wenkbrauwen en vaak een sigaret in de hand. Ze kreeg het imago van ‘bad girl’ en was op tv de eerste artieste in een minirok. Ze trok die lijn ook door naar de thema’s waarover ze zong: zeer directe teksten, over seks, religie, roken e.d. Met haar vrijgevochten imago was ze in die tijd een pionier voor de emancipatie van de vrouw. Meestal zong Mina over hartverscheurende liefdesverhalen. In haar eigen, sensuele stijl interpreteerde ze de nummers met gevoel voor drama en met veel lichaamstaal om de tekst zo goed mogelijk tot leven te brengen. Ze was echter ook bekend voor haar krachtige stem, die drie octaven aankon en waarop veel gerenommeerde componisten hun muziek speciaal afstemden. Ze probeerde diverse muziekgenres te combineren, met steeds meer ook een voorliefde voor jazz, Braziliaanse muziek en soul. Louis Armstrong noemde haar ooit de beste vrouwelijke stem ter wereld. Frank Sinatra nodigde haar bij zich uit, maar mede door haar vliegangst zette ze nooit de stap naar Amerika.

In maart 1974 presenteerde ze samen met Raffaella Carrà haar laatste tv-show, waar ze ook een duet met Toots Thielemans bracht. Na de show kondigde ze aan te stoppen met tv, optreden en interviews geven. In 1978 deed ze alsnog een afscheidstournee en was ze voor het laatst op tv te zien met haar hit ‘Ancora, ancora, ancora’. 

ze liet zich echter nog maar één keer zien. Dat was tijdens vrijgegeven beelden van een opnamesessie in 2001. Mina bleef enorm populair, werd een mysterie en een levende legende

Mina verloor haar broer in 1965 in een auto-ongeluk en ook haar man, met wie ze op dat moment een tweejarige dochter had, kwam met zijn auto om het leven in 1973. Ze verhuisde definitief naar Lugano, waar ze hertrouwde en waar haar zoon haar producer zou worden. Ze blijft bijna jaarlijks een album uitbrengen en ze werkt zowel met bekende als jonge muziekschrijvers samen. Ze liet zich echter nog maar één keer zien. Dat was tijdens vrijgegeven beelden van een opnamesessie in 2001. Mina bleef enorm populair, werd een mysterie en een levende legende. Voor haar clips maakte ze animatiefilmpjes en de platenhoezen werden artistiek, maar toonden nooit nog een foto van haar. 

Ze ging steeds meer thema-albums maken. Soms zong ze nummers van één artiest zoals Lucio Battisti, Renato Zero, The Beatles, Frank Sinatra of Enzo Jannacci, dan weer bracht ze een jazzalbum of popplaat met duetten uit. In 1985 scoorde ze een hit met Riccardo Cocciante, ‘Questione di feeling’, en in 1998 was haar duo-album met Adriano Celentano het bestverkochte album van het jaar. Ze nam nog tal van duetten op met o.a. Tiziano Ferro, Fabrizio De André, Lucio Dalla en Giorgia. Ze ging ook columns schrijven in La Stampa en de Italiaanse versie van Vanity Fair. Ter ondersteuning van haar klassieke album opende San Remo in 2009 met Mina’s versie van de Puccini-aria ‘Nessun dorma’. Ook later dook ze nog op in San Remo, maar steeds alleen met haar stem. In 2016 werd haar tweede album met Adriano Celentano opnieuw het bestverkochte album van het jaar. 


Andere toppers van Mina:

Un anno d’amore (1965) (dikke nummer 1-hit uit ‘Numero uno’, de bestverkochte lp van 1965. Het nummer was een cover van ‘C’est irréparable’, een toen nog onbekend nummer van Nino Ferrer. Pedro Almodóvar nam later de Spaanse versie ‘Un año de amor’ van Luz Casal op in zijn film ‘Tacones lejanos’, waardoor Luz Casal buiten Spanje doorbrak en vooral in Frankrijk een bekende zangeres werd. Mina bouwde ook een carrière in het Spaans uit en nam veel van haar hits in het Spaans op. In 2003 resulteerde dat in Argentinië in een succesvolle musical rond haar nummers. Ze nam ook duetten op met Spaanse grootheden als Joan Manuel Serrat en Miguel Bosé. In 2000 bracht de Spaanse popsensatie Mónica Naranjo een heel succesvol album uit met Mina-covers, zoals ‘Io e te da soli’ en ’Fiume azzurro’, dat in het Spaans een dikke hit werd als ‘Sobreviviré’. Als grote fan van bossanova nam ze ook Portugese platen op. In 1967 scoorde ze een grote hit met haar versie van ‘La banda’, het succesnummer van de Braziliaan Chico Buarque.)

Se telefonando (1966) (Ennio Morricone schreef de muziek van deze hit met de stemcapaciteiten van Mina in het achterhoofd. Morricone baseerde de muziek op een politiesirene die hij in Marseille had gehoord. Toen hij samenzat met Mina en de songschrijvers en een korte opname liet horen, greep Mina de songtekst en begon tot ieders verbazing het nummer te zingen alsof ze had al jaren kende. Er zitten acht verschillende toonladders in de song en met het speciale arrangement van Morricone, met een combinatie van trompet, drum, viool en trombone, wordt het gezien als een hoogtepunt in de carrière van Mina. Het nummer werd vaak gecoverd, bijv. door Françoise Hardy die er als ‘Je changerais d’avis’ een top 10-hit in Frankrijk en Wallonië mee scoorde.   

Insieme (1970) (Bij de start van het nieuwe decennium waren Lucio Battisti en Mogol de belangrijkste songschrijvers geworden. Mina was de populairste zangeres, had inmiddels haar eigen platenlabel opgestart en was op dat moment haar stijl aan het veranderen. Ze ruilde haar korte kapsel voor lange blonde krullen en ging een zwarte korte jurk dragen. Anderhalf jaar werkten ze samen en het leverde Mina een resem klassiekers op. De heren zetten heel goed Mina’s aanleg voor soul en blues in de etalage, zeker op de eerste hits ‘Insieme’ en ‘Io e te da soli’. Battisti zorgde voor gesofisticeerde melodieën, met een complex akkoordenschema, veel ritmeveranderingen, pauzes en gesproken stukjes. Het sloeg in als een bom. ‘Insieme’ kwam uit op haar dertigste en werd de op één na grootste hit van het jaar, terwijl het album de bestverkochte plaat van 1970 werd. Opvolger ‘Io e te da soli’, geen gemakkelijk nummer, begint met piano, zonder enige ritmische basis. Algemeen gezien als één van haar indrukwekkendste vertolkingen, sloot het publiek het nummer in de armen en werd ook deze single een nummer 1-hit.)

Amor mio (1971) (liefdeslied, opnieuw geschreven door Battisti en Mogol, en goed voor zeven weken op de eerste plaats. Het was de derde grootste hit van het jaar, na ‘Pensieri e parole’ van Battisti zelf. Het nummer komt uit het album ‘Mina’ dat ook lang op 1 stond en voor het eerst geen foto van haar op de hoes toonde. Ze was toen net bevallen van een dochter en een fotosessie was er niet van gekomen. Er staat een aap op de hoes en dit album staat dan ook bekend als de apenplaat van Mina. Over Battisti zei Mina later dat hij een buitengewone man was, een buitengewone componist en een buitengewone zanger. Ze zei ook dat ze het niet altijd eens waren, maar dat dat hem nog extra stimuleerde. Ze had ook snel door dat hij eigenlijk altijd gelijk had, waarna ze zijn werk dan ook steeds volledig accepteerde. Ook in de jaren ’70 gaf ze al te kennen dat ze hem zo’n fenomeen vond, dat ze ervan overtuigd was dat zijn muziek nog heel lang zou meegaan. In 1996 en 2018 nam ze succesvolle albums met allemaal Battisti-covers op. 

Grande, grande, grande (1972) (uit hetzelfde album kwam ook deze tweede grootste hit van 1972. Tony Renis schreef het nummer al in 1966, maar ving bot bij Ornella Vanoni, Milva, Orietta Berti en Mina. Vijf jaar later zag Mina er nog niet veel brood in, ze vond het nummer te ouderwets en de productie niet passen bij haar gesofisticeerde stijl. Haar vaste bassist zag er echter wel iets in en maakte er een volledig nieuwe, modernere productie van, die Mina over de streep trok. Het nummer werd vaak gecoverd en werd als ‘Never, never, never’ een grote hit voor Shirley Bassey. Charles Aznavour vertaalde het voor Mireille Mathieu als ‘Folle folle, follement heureuse’ en later oogstten ook Luciano Pavarotti & Céline Dion er succes mee.)

Parole… parole (1972) (Op dat moment presenteerde Mina samen met acteur Alberto Lupo de tv-show ‘Teatro 10’, waarin ze acht zaterdagavonden na elkaar nummers zong en sketches bracht. Zo was Lucio Battisti er te gast met wie ze een medley van zijn nummers zong, een legendarische opname in Italië. ‘Parole… parole’ bracht ze in de laatste show. Het nummer is opgebouwd rond een dialoog tussen twee geliefden. De sketch werd zeer goed onthaald en daarom werd het ook de leadsingle van haar volgende album. Het werd een grote hit, alleen van de eerste plaats gehouden door ‘I giardini di Marzo’ van Lucio Battisti, en bij ons en in Frankrijk heel bekend als ‘Paroles, paroles’ van Dalida & Alain Delon. In Nederland maakte Paul de Leeuw in de jaren ’90 ook nog een grappige versie met Willeke Alberti. In Italië zong Mina het in ‘Teatro 10’ ook nog in een ironische versie met Adriano Celentano, waarbij ze de rollen omdraaiden.)

E poi… (1974) (Geen gemakkelijk nummer, waarbij de lange strofes voorrang krijgen op het refrein. De platenfirma vond het nummer te moeilijk, maar Mina stond erop het als single uit te brengen. Het werd de tweede grootste hit van 1974, na ‘E tu’ van Claudio Baglioni.  Ook haar inmiddels 23ste album ‘Frutta e verdura’, werd het op één na bestverkochte album van het jaar. Net als ‘In cielo in una stanza’ en ‘Grande, grande, grande’ staat ook ‘E poi…’ in de top 10 van grootste hits aller tijden in Italië.)


Extra clips: